Van de oevers van de Digoel naar de Hollandse duinen

Bij Arend Jan van der Scheer (39) zit Papua nog altijd in het hart. Ruim 7 jaar woonde hij in het afgelegen Kaisah, een kleine kampong in het binnenland van Papua met slechts zo’n 250 inwoners. Wanneer gezin Van der Scheer met vijf jonge kinderen die kant op trekt, is Arend Jan pas 5 jaar oud. Zijn dagen brengt hij veelal spelend door met vriendjes uit het dorp. Samen maken ze balletjes van klei, die in een vuurtje verstenen. Het worden kogeltjes voor de katapulten waarmee de kinderen vogels schieten in het bos. Wanneer Arend Jan 12 jaar oud is, gaat het gezin definitief terug naar Nederland. De overgang is groot. Arend Jan: “Ik weet nog dat op het schoolplein aan mij werd gevraagd of ik voor Feyenoord of Ajax was. Ik had geen idee wie dat waren.” Papua heeft altijd een bijzondere plek in zijn hart behouden. “Ik mis weleens de rust en eenvoud van het leven daar.”

Arend Jan van der Scheer | Papua dalam hatiku
Arend Jan tijdens zijn reis naar Papua in 2013

Vissen met een harpoen van een breinaald
Arend Jan is werkzaam als docent social work aan de Haagse Hogeschool. Samen met zijn vriendin en twee kinderen woont hij in Den Haag. Het is met name de korte afstand tot de zee die maakt dat hij zijn hart aan deze stad heeft verpand. En misschien heeft die wens om dichtbij de natuur te leven, wel te maken met zijn jeugd in Papua. “In Kaisah hadden we tot 11.00 uur thuisonderwijs. Daarna aten we pisang goreng en de rest van de dag bestond eigenlijk alleen maar uit spelen in de natuur met vriendjes uit het dorp. Zo maakten we een harpoen van een breinaald, waarmee we jaagden op vissen en zoetwaterkreeften in de rivier.”

Dat contact met andere kinderen uit het dorp ontstond niet vanzelf. Na aankomst in Papua duurt het ongeveer een half jaar voordat Arend Jan en zijn broer en zussen de taal voldoende machtig zijn en geaccepteerd werden. Voor zijn ouders verliep dit proces sneller. De vader van Arend Jan gaat aan de slag als zendeling en zijn moeder legt zich toe op het onderwijs van haar kinderen.

We maakten een harpoen van een breinaald, waarmee we jaagden op vissen en zoetwaterkreeften in de rivier.

Van de kleine kampung naar de grote stad
Wanneer Arend Jan 10 jaar oud is, gaat hij met zijn zus mee naar een internaat in Sentani, dat gerund wordt door zogeheten Nederlandse ‘internaatouders’. Hij krijgt er in het Nederlands les en heeft er Nederlandse klasgenootjes. “De bedoeling was om de overgang naar Nederland soepeler te laten verlopen. Want dat we hier tijdelijk zouden blijven, was altijd al het idee.” Het achterlaten van zijn familie en het vertrouwde Kaisah, is niet altijd makkelijk. Zoals Arend Jan zelf aangeeft: “Er is veel te zeggen over internaten met de kennis van nu, maar het was een keuze die paste bij die tijd.”

Uiteindelijk zal Arend Jan zo’n 2,5 jaar doorbrengen in het internaat, waarna het gezin definitief teruggaat naar Nederland. Arend Jan: “Deze overgang was eigenlijk zwaarder en meer vormend dan de overstap naar het internaat. Ik had de leeftijd om aan de middelbare school te beginnen en de overgang kon haast niet groter. Het heeft de nodige onzekere periodes opgeleverd.”

De overgang van Papua naar Nederland is groot. Arend Jan: “Ik weet nog dat op het schoolplein aan mij werd gevraagd of ik voor Feyenoord of Ajax was. Ik had geen idee wie dat waren.”

Arend Jan van der Scheer | Papua dalam hatiku
Arend Jan tijdens zijn reis naar Papua in 2013

Als ‘witte’ in het oerwoud: onnatuurlijke situatie
Soms bekruipt Arend Jan een ongemakkelijk gevoel als hij terugdenkt aan zijn jeugd in Papua. “Ik had als kind natuurlijk geen keuze. Maar wij hadden veel en woonden te midden van mensen die niks hadden.” Dat hij zich in een onnatuurlijke situatie bevond, voelde Arend Jan destijds al. Maar nog steeds vindt hij het confronterend wanneer het verschil tussen hem en de Papoea’s wordt onderstreept. Bijvoorbeeld wanneer hij op latere leeftijd weer een bezoek brengt aan Papua, en wordt gevolgd en aangestaard omdat hij er anders uitziet.

De Papoea’s staan fier rechtop en stralen trots uit. Maar ook hun gemeenschapsgevoel bewonder ik.

It takes a village..
Op de vraag wat Arend Jan waardeert uit de cultuur van de Papoea’s, hoeft hij niet lang na te denken: “Hun kracht en saamhorigheid. De Papoea’s staan fier rechtop en stralen trots uit. Maar ook hun gemeenschapsgevoel bewonder ik.” Waar het leven in Nederland vooral bestaat uit losse terreinen zoals werk, familie, huis en inkomen, zijn alle domeinen in Papua veel sterker verbonden. Arend Jan geeft een voorbeeld: “Een vrouw met vier jonge kinderen werd weduwe. Ze kon haar jongste kind niet langer onderhouden en gaf het weg aan iemand zonder kinderen.” Een krachtige illustratie van de overlevingskracht van de Papoea’s en de wijze waarop zij leven in het moment.